DHV Examenvragen najaar 2023 Examenvragen van Duiker-Hulpverlener najaar 2023 uit Hippocampus nr. 296 (nov/dec 2023) 0 stemmen, 0 gem 9 Duiker-Hulpverlener najaar 2023 Examen vragen van het najaar 2023.Opgelet! 70% is geslaagd, 1 fout antwoord op een vraag is 0 punten op de vraag. 1 / 32 1. Een decompressieziekte: a. kan het gevolg zijn van het verkeerd ge bruik van de duikcomputer; b. bij lichte symptomen mag gewacht wor den met behandelen. c. kan optreden bij correct gebruik van de duikcomputer; d. begint steeds onmiddellijk na de duik; 2 / 32 2. Duikers die voor het eerst naar -40 m gaan met lucht moeten gewaarschuwd worden voor: (1 antwoord) a. een zuurstofvergiftiging b. een CO2 narcose; c. een stikstofnarcose d. hypocapnie 3 / 32 3. Na een trommelvliesscheur krijgt een duiker tijdelijk duikverbod.Welke bewering(en) is/zijn juist? a. Duiken met trommelvliesscheur geeft risico op evenwichtsstoornissen. b. Duikverbod tot heling van de scheur, vastgesteld door een arts. c. Duikverbod gedurende 3 dagen. d. Duiken met trommelvliesscheur kan leiden tot infectie van het middenoor. 4 / 32 4. Acute zuurstofvergiftiging: a. wordt steeds voorafgegaan door trillingen rond de mond en van de oogleden b. treedt geleidelijk op vanaf 30 m c. treedt op na langdurig (> 4 uur) toedienen van 100% zuurstof aan een slachtoffer d. kan plots stuiptrekkingen geven met gevaar voor verdrinking 5 / 32 5. Gehoorverlies na een duik: a. is van geen belang, successieve duik is toegelaten b. vereist een verlenging van de trappen bij een volgende duik; c. vereist een raadpleging van een NKO arts (Neus-Keel-Oor); d. kan een behandeling in een herdrukkingskamer vereisen. 6 / 32 6. Decompressieziekte kan veroorzaakt worden door: a. CO2-bellen b. luchtbellen c. stikstofbellen d. heliumbellen 7 / 32 7. Wat gebeurt er met de partiële gasdrukken in de longen in de loop van een apneu? a. pCO2 verandert niet, pO2 daalt, pN2 stijgt b. pCO2 stijgt, pO2 verandert niet, pN2 daalt c. pCO2 stijgt, pO2 daalt, pN2 verandert niet d. Alle partiële gasdrukken dalen 8 / 32 8. Toedienen van zuurstof aan een duiker na een duikongeval mag (mits inachtneming van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen en mits voortdurende observatie van het slachtoffer): a. niet bij zware rokers b. niet bij een bewusteloos slachtoffer c. altijd d. niet na een duik met nitrox 9 / 32 9. Bij apneu oefeningen in het zwembad zie je duikers vaak enkele minuten diep in- en uitademen (hyperventileren). Welke bewering(en) is/zijn juist hieromtrent? a. Zo bouwen ze een grote zuurstofvoorraad op in hun longen b. Hierdoor kunnen ze plots het bewustzijn verliezen tijdens de oefening c. Tijdens het hyperventileren kunnen ze duizelig worden d. Zo stellen ze hun ademprikkel uit 10 / 32 10. Voorafgaand aan een duikuitstap met de club moet je als Duiker Hulpverlener volgende zaken controleren: a. er is een zuurstoffles mee (minstens 6 l op 200 bar) b. de EHBO-kit is mee c. er is een zuurstoffles mee (2 l op 200 bar is genoeg) d. er is water mee 11 / 32 11. Op duikreis krijgt één van je buddy’s oorpijn na enkele dagen duiken.Het kan gaan om: a. ontsteking van het middenoor b. koraalziekte c. ontsteking van de huid van de gehoor gang (otitis externa) d. barotrauma van het middenoor 12 / 32 12. Zeeziekte: a. als je het eenmaal gehad hebt kun je het nooit meer krijgen b. ontstaat omdat de hersenen tegenstrijdige informatie krijgen van verschillende zintuigen; c. best nuchter inschepen d. maakt deel uit van kinetose of bewegingsziekte; 13 / 32 13. Een duiker ondervindt tijdens het dalen moeite met het klaren van de oren.Na een krachtig Valsalva lukt het dan toch. Hij voelt zichduizelig, maar beslist verder te duiken. De duik gaat naar -25m voor 30 min.Na de duik heeft hij last van oorsuizen rechts en blijft de duizeligheid in lichtemate aanwezig.Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak? a. Binnenoorbarotrauma b. Bends c. Longoverdruk d. Migraineaanval 14 / 32 14. De eerste hulp bij immersie longoedeem: a. zuurstof toedienen en de hulpdiensten activeren b. men moet de duiker heel geleidelijk uit het water halen c. begint al in het water door de duiker in horizontale positie te brengen d. men moet de duiker zo snel mogelijk uit het water halen 15 / 32 15. Een duiker komt boven en vermeldt duizelig geweest te zijn tijdens het stijgen. Na de duik zijn er geen problemen meer. a. Het gaat waarschijnlijk om een sinusbarotrauma b. De duiker onmiddellijk naar een spoedgevallendienst sturen c. Het gaat waarschijnlijk om een binnenoorbarotrauma. d. Het gaat waarschijnlijk om een alternobaar vertigo 16 / 32 16. Buiten adem zijn tijdens een duik (hijgtoestand): a. kan te wijten zijn aan een minder goede algemene conditie van de duiker b. verbetert door dieper in te ademen c. heeft te maken met te hoge inspanning onderwater d. kan leiden tot bewusteloosheid 17 / 32 17. Wat moet de Duiker-Hulpverlener doen bij vermoeden van decompressieziekte bij een bewuste duiker? a. Zuurstof toedienen, niet laten drinken en de hulpdiensten activeren b. De hulpdiensten activeren en het verder aan hen overlaten c. Zuurstof toedienen, laten drinken en de hulpdiensten activeren d. Zuurstof toedienen, het slachtoffer continu laten bewegen en de hulpdiensten activeren 18 / 32 18. Een duiker met een paraplegie als gevolg van een duikongeval: a. kan beide benen niet meer bewegen b. is meestal nog goed bewust c. kan problemen hebben om te plassen d. kan linkerarm en linkerbeen of rechterarm en rechterbeen niet meer bewegen 19 / 32 19. Een slachtoffer dat gered wordt na een verdrinking in een zwembad, terug goed bewust is en goed ademt moet toch steeds naar een ziekenhuis gebracht worden om volgende reden(en). a. Er kan een chloorvergiftiging optreden b. Het slachtoffer kan uren later kortademig worden c. Er kan een kramptoestand van de stem banden optreden d. Het slachtoffer kan onverwacht opnieuw het bewustzijn verliezen 20 / 32 20. Welke factoren bevorderen het optreden van een decompressie ziekte? a. Leeftijd b. Teveel water drinken voor de duik. c. Open foramen ovale van het hart. d. Duiken met nitrox. 21 / 32 21. Barotrauma van de longen bij duik met flessen: welke beweringen zijn juist? a. Er kan bloed in de luchtwegen terecht komen b. Het longweefsel kan scheuren door onderdruk c. Het longweefsel kan scheuren door over druk d. Er kan lucht in de bloedvaten terecht komen 22 / 32 22. Je buddy vertoont onmiddellijk na het bovenkomen pijn bij het ademen en bloederig schuim op de lippen.Wat ga je doen? a. Je belt de hulpdiensten b. Je plaatst hem/haar in halfzittende houding en geeft 100% normobare zuurstof. c. Je laat hem snel enkele liters water drinken d. Je start beademing met het pocket mask 23 / 32 23. Mag een gebrevetteerd DHV pijn stillende medicatie toedienen aan een slachtoffer? a. Ja, zolang het enkel om lichte pijnstillers zoals Dafalgan of paracetamol gaat b. Ja, op voorwaarde dat de vervaldatum niet overschreden is. c. Neen d. Ja, op voorwaarde dat je nagevraagd hebt of het slachtoffer niet allergisch is. 24 / 32 24. Een duiker komt je na een duik van 45 min met een maximale diepte van 15 m vertellen dathij/zij zich bij het opstijgen licht kortademig voelde. Er deden zich geen incidenten voor tijdens de duik. Waaraan moet je in de eerste plaats denken? (1 antwoord) a. Een licht decompressieongeval b. Immersie longoedeem c. Slechte algemene conditie d. Een beginnende longontsteking 25 / 32 25. Hoe kan je de verbondenheid vergroten bij een duiker na een duikongeval? a. De getroffen duiker laten bellen naar familie b. De getroffen duiker vertellen bij wie hij/zij op dit moment terecht kan c. Een goed feest organiseren d. De getroffen duiker in verbinding stellen met buddy en andere duikers 26 / 32 26. Een longoverdruk kan voorkomen: a. tijdens oefeningen met duikfles in het zwembad; b. tijdens apneuoefeningen in het zwembad; c. tijdens oefeningen met duikfles in openwater. d. tijdens apneuoefeningen in openwater; 27 / 32 27. Na een clubuitstap met 2 duiken wil je ’s anderendaags om 10.00 uur een parachutesprong doen vanop een hoogte van 4.000 m.Welke bewering(en) is/zijn juist? a. Dat kan een barotrauma van het middenoor opleveren b. Dat kan een uitgestelde longoverdruk geven c. Dat is een risico op een decompressieziekte d. Dat kan zonder problemen 28 / 32 28. Welke bewering(en) over wondzorg is/zijn correct? a. Ontsmetting is steeds noodzakelijk. b. Langdurig koelen met water is altijd de eerste stap bij brandwonden c. De tetanusvaccinatie status moet worden nagevraagd. d. Vochtige wondheling heeft de voorkeur bij schaaf- en brandwonden 29 / 32 29. Beweringen met betrekking tot de longblaasjes: wat is juist? a. In de longblaasjes mengt de lucht zich met het bloed b. De longblaasjes dienen voor uitwisseling van CO2 en O2. c. Er zijn ongeveer 1.000 longblaasjes per long d. Surfactant zorgt ervoor dat de long blaasjes niet dichtklappen 30 / 32 30. Longoverdruk. Wanneer moet je eraan denken? a. Bij een duiker die bewusteloos uit het water wordt gehaald b. Bij een duiker met een hese stem na de duik c. Bij een duiker met onderhuidse bloedingen rond de ogen d. Bij duiker met tekenen van een klaplong 31 / 32 31. Je buddy wordt met verschijnselen van onderkoeling uit het water gehaald. Je vindt een isothermisch deken in de EHBO-tas.Wat doe je? a. Je wikkelt hem in het isothermisch deken met de gouden zijde aan de buitenkant. b. Je wikkelt hem in het isothermisch deken met de zilveren zijde aan de buitenkant. c. Een isothermisch deken is vandaag niet nodig, want de zon schijnt volop d. Om te vermijden dat je buddy verder af koelt probeer je ook het hoofd met het isothermisch deken te bedekken 32 / 32 32. Na een duik in de steengroeve naar 30 meter krijgt iemand plots een pijnscheut ter hoogte van de lendenen. Even later kan hij/zij niet meer rechtstaan. De stijgsnelheid en stops zijn correct uitgevoerd. a. Dit vereist snelle toediening van zuurstof b. Dit is niet diep genoeg om een decompressieongeval te veroorzaken c. Dit heeft te maken met een vooraf be staand rugprobleem d. Dit kan een decompressieongeval zijn Je score isDe gemiddelde score is 81% 0% Herstart quiz