DHV Examenvragen najaar 2022 Examenvragen van Duiker-Hulpverlener najaar 2022 uit Hippocampus nr. 291 (nov/dec 2022) /32 0 stemmen, 0 gem 52 Duiker-Hulpverlener najaar 2022 Examen vragen van het najaar 2022.Opgelet! 70% is geslaagd, 1 fout antwoord op een vraag is 0 punten op de vraag. 1 / 32 1. Eerste hulp bij een geredde duiker/drenkeling die niet meer ademt. (1 antwoord) a. De duiker in zijligging plaatsen en zuurstof toedienen b. De duiker in rugligging plaatsen en 5 beademingen toedienen c. De duiker in buikligging plaatsen, zodat het water uit de longen kan lopen d. De duiker in een aluminiumdeken wikkelen en onmiddellijk naar de dichtstbijzijnde spoedgevallendienst brengen 2 / 32 2. Welke stellingen zijn juist? Bij Immersie Longoedeem (ILO): a. worden de symptomen verlicht door een verticale positie in het water b. zodra de symptomen beter zijn, mag je terug duiken c. kortademigheid en ophoesten van rozig schuim zijn de belangrijkste symptomen; d. dien je het slachtoffer zo snel mogelijk zuurstof toe 3 / 32 3. Wat geeft de prikkel tot ademen? a. Verhoogd suikergehalte b. Zuurstofgebrek c. CO2 -stijging d. Stikstofverzadiging 4 / 32 4. Welke beweringen zijn juist met betrekking tot verdrinking? a. Het heeft geen zin een drenkeling die langer dan 3 minuten in het water heeft gelegen nog te reanimeren. b. Verdrinking is vaak de uiteindelijke doodsoorzaak bij duikongevallen c. De kans op een gunstige afloop is beter in zoet water dan in zout water d. Verdrinking gaat altijd gepaard met onderkoeling 5 / 32 5. Longoverdruk kan leiden tot: a. bewustzijnsverlies b. open foramen ovale (verbinding tussen de voorkamers). c. pneumothorax d. hemiplegie 6 / 32 6. Welke factoren verhogen het risico op decompressieziekte? a. Duiken in koud water b. Dehydratatie c. Duiken in zout water d. Duiken in tropisch water 7 / 32 7. Hart en bloedvaten. Welke beweringen zijn juist? a. Slagaders brengen het bloed van het hart weg. b. Alle slagaders vervoeren O2 -rijk bloed. c. De aorta voert het bloed vanuit het lichaam terug naar het hart d. De grote bloedsomloop voert zuurstofarm bloed naar de longen. 8 / 32 8. Welke symptomen wijzen op inwendige bloedingen? a. Koorts b. Snelle pols c. Pijn d. Bleekheid 9 / 32 9. Een duiker botste met zijn gezicht tegen vuurkoraal. Wat doe je? a. Pas (o.a.) de azijn behandeling techniek toe b. Een arts raadplegen is niet gewenst c. Pas (o.a.) de druk immobilisatie verband toe. d. Schrob de wonde schoon met een desinfectiemiddel en een zacht borsteltje 10 / 32 10. Wat doe je met een vuile snijwonde? a. De wonde reinigen met gewone zeep of met antiseptische zeep wanneer beschikbaar b. Onmiddellijk met ether ontsmetten c. De wonde laten drogen aan de lucht d. Eerst eigen handen wassen en handschoenen aantrekken wanneer beschikbaar 11 / 32 11. Welke van onderstaande beweringen behoren tot de basisprincipes van de wondverzorging? a. Verleen psychosociale eerste hulp b. Reinig de wonde. c. Laat de wonde droog helen. d. Bescherm de wonde. 12 / 32 12. Welke beweringen zijn juist met betrekking tot acute zuurstofvergiftiging (Paul-Bert)? a. Kan sneller optreden bij het gebruik van nitrox dan bij het gebruik van lucht. b. Stuiptrekkingen kunnen plots optreden, zonder waarschuwingssignalen c. Kan optreden bij langdurig toedienen van zuurstof tijdens het transport van een slachtoffer d. De symptomen zijn het gevolg van een toxisch effect van zuurstof op de hersenen 13 / 32 13. Het gevaar van een hijgtoestand bestaat erin dat: a. het een chronische zuurstofintoxicatie kan veroorzaken; b. het bewusteloosheid kan veroorzaken; c. het kan leiden tot paniek; d. het kan overgaan naar een longoverdruk. 14 / 32 14. Welke bewering zijn correct met betrekking tot het oor? a. Wanneer je je oren klaart door middel van een slikbeweging mag je niet stijgen b. Alternobar vertigo is storend en kan voor problemen zorgen. c. Bij een squeeze van het middenoor (MO) is er vocht in het MO, dat geproduceerd wordt door het MO zelf d. Een binnenoor barotrauma kan niet optreden bij te krachtig snuiten 15 / 32 15. Wat zijn de eerste hulpmaatregelen die je neemt bij decompressieziekte in afwachting van een overbrenging naar een recompressiekamer? a. Het slachtoffer intensief laten bewegen om de bloedcirculatie te bevorderen b. Het bewuste slachtoffer laten drinken c. Normobare zuurstof toedienen d. Opnieuw laten duiken naar – 3 m met nitrox 50%. 16 / 32 16. Tijdens het vrijduiken kan je: a. onderkoeld raken b. het bewustzijn verliezen bij het stijgen c. een zogenaamd “onbelangrijk” decompressie-ongeval krijgen d. een trommelvliesscheur oplopen 17 / 32 17. Je buddy vertoont onmiddellijk na het bovenkomen pijn bij het ademen en bloederig schuim op de lippen. Wat ga je doen? a. Je brengt hem zo snel mogelijk naar een caisson b. Je plaatst hem in halfzittende houding en geeft 100% normobare zuurstof c. Je start mond-op-mondbeademing d. Je belt de hulpdiensten 18 / 32 18. Welke bewering zijn correct met betrekking tot hoesten onder water? a. Dit is gevaarlijker bij een duiker met een PFO. b. Dit kan gevolg zijn van reflux c. Dit kan een longoverdruk veroorzaken. d. Dit is zonder gevaar 19 / 32 19. Welke tekenen kunnen wijzen op decompressieziekte? a. Plots optredende rugpijn. b. Doofheid aan één oor c. Bloedneus d. Tintelingen in een been 20 / 32 20. Welke bewering zijn correct met betrekking tot neus en sinussen? a. Uitademen langs de neus bij het duiken vergemakkelijkt het klaren b. Pseudo-efedrine neusdruppels zijn aangewezen als je niet kunt klaren c. Een reverse blok op een diepte van 20 m is geen probleem. d. Slijm op de achterwand van de keel of postnasal drip kan het gevolg zijn van een verkoudheid 21 / 32 21. Wat met een murenebeet? a. De ‘Algemene-Wond-Behandeling’ toepassen b. Probeer de bloeding te stelpen c. Er is geen risico op anafylactische shock d. Er is geen risico op infectie 22 / 32 22. Welke beweringen zijn juist met betrekking tot duiken in koud water? a. Het eerste symptoom van onderkoeling zijn hartritmestoornissen. b. Het verhoogt het risico op decompressieziekte. c. Je verliest warmte door het inademen van het koude ademgas. d. Een natpak verliest z’n isolerende waarde bij toenemende diepte 23 / 32 23. Stikstofnarcose (dieptedronkenschap): a. Verdwijnt bij een geoefende duiker. b. Belet helder te denken. c. Gaat over als je dieper duikt. d. Kan een gelukzalig gevoel geven. 24 / 32 24. Welke bewering zijn correct met betrekking tot de uitwendige gehoorgang? a. De oren na het duiken extra spoelen met zout water, werkt preventief. b. Een ontsteking van het buitenoor betekent duikverbod c. Een ontsteking van het buitenoor is zelden pijnlijk d. Zure druppels helpen preventief bij een uitwendige gehoorgangontsteking 25 / 32 25. Welke acties kan je als Duiker-Hulpverlener stellen na een duikongeval? a. Getroffene laten ventileren over duikaccident b. Je verzamelt alle informatie om die zo correct mogelijk door te geven aan de pers c. Doorverwijzen naar het Mental Coaching team. d. Getroffenen samenbrengen 26 / 32 26. Het vliegtuig nemen na een decompressieduik verhoogt het risico op decompressieziekte omwille van: a. de lagere omgevingsdruk b. het langdurig stilzitten c. de verhoogde cabinedruk tijdens het landen; d. de droge en koude lucht in het vliegtuig 27 / 32 27. Welke ziektetekenen kunnen optreden bij een decompressieziekte van het ruggenmerg? a. Tetraplegie b. Hemiplegie c. Paresthesie d. Paraplegie 28 / 32 28. Zwembadsyncope is het gevolg van: a. een overdreven hyperventilatie voor de apneu b. een combinatie van hypercapnie en hyperoxie c. een combinatie van hypocapnie en hypoxie d. een combinatie van hypercapnie en hypoxie; 29 / 32 29. Je buddy wordt met verschijnselen van onderkoeling uit hetwater gehaald.Je vindt een isothermisch deken in de EHBO-tas. Wat doe je? a. Je wikkelt hem in een isothermisch deken met de gouden zijde aan de buitenkant. b. Je wikkelt hem in een isothermisch deken met de zilveren zijde aan de buitenkant. c. Een isothermisch deken is vandaag niet nodig, want de zon schijnt en je buddy zal zo wel opwarmen. d. Om te vermijden dat je buddy verder afkoelt en zeker zijn temperatuur behoudt, probeer je ook zijn hoofd met het isothermisch deken te bedekken 30 / 32 30. Barotrauma van de longen bij duik met flessen: welke beweringen zijn juist? a. Er kan bloed in de luchtwegen terechtkomen b. Het longweefsel kan scheuren door overdruk c. Het longweefsel kan scheuren door onderdruk d. Er kan lucht in de bloedvaten terechtkomen 31 / 32 31. Longoverdruk bij duiken met lucht kan ontstaan door: a. paniekstijging b. een hijgtoestand c. versneld te dalen zonder in te ademen d. normaal te stijgen (10 m/min) zonder voldoende uit te ademen; 32 / 32 32. Volgende factoren bevorderen het optreden van decompressieziekte: a. zware inspanning tijdens de duik b. duiken met nitrox c. duiken met flessen na vrijduiken d. zware inspanning na de duik Je score isDe gemiddelde score is 65% LinkedIn Facebook Twitter VKontakte 0% Herstart quiz